Opnieuw verzoek om uitstel brexitdatum bij EU

20 oktober 2019 

De Britse premier Boris Johnson heeft sinds gisteren drie brieven over de brexit aan de Europese Unie gestuurd. In de eerste brief, die is gericht aan de Europese Raadsvoorzitter Donald Tusk maar die niet door Johnson persoonlijk is ondertekend, wordt gevraagd om uitstel van de brexitdatum die nu nog op 31 oktober staat. De tweede brief is gericht aan Tim Barrow (en) − de Permanente Vertegenwoordiger van het VK in Brussel − en bevat de verduidelijking dat de eerste brief niet van de Britse regering zelf afkomstig is, maar van het parlement. In de derde brief, die Johnson wel op persoonlijke titel heeft ondertekend, zegt de Britse premier het uitstel juist uitdrukkelijk niet te willen.

Tot en met gisterochtend leek het er nog op dat de brexit nu eindelijk snel een feit zou zijn. Er zou gestemd gaan worden over het nieuwe onderhandelingsakkoord van Johnson waar de EU inmiddels al mee heeft ingestemd. Het Britse Lagerhuis kwam hiervoor bij hoge uitzondering op zaterdag bijeen (de laatste keer dat dit gebeurde was 37 jaar geleden naar aanleiding van de Falklandoorlog). De stemming ging echter onverwachts helemaal niet door, omdat het Lagerhuis instemde met een motie van de Conservatief Oliver Letwin volgens welke er eerst een meer gedetailleerde wet omtrent het akkoord moet worden goedgekeurd alvorens het Lagerhuis zich uitspreekt over het akkoord zelf. (Hiermee moet elke kans dat het via een bepaalde omweg alsnog tot een no deal-brexit zou kunnen komen worden uitgesloten). Hierdoor was Johnson volgens de wet gedwongen om bij de EU opnieuw om uitstel van de brexit te gaan vragen.

Dat de stemming over het akkoord nu is geblokkeerd betekent een forse tegenslag voor zowel alle brexit-voorstanders (brexiteers) als voor Johnson zelf; gisteren had voor hem de grote overwinningsdag moeten worden.

Bronnen

bewerken