Opinie: Suriname wacht op groei in de toerismesector

2 december 2017

Een nieuw rapport is gepresenteerd waaruit blijkt dat Suriname een miljard USD (850 miljoen euro) kan verdienen in de toerismesector. In het plan is een koers uitgezet naar het jaar 2035.

De ambitie was er ook al eerder. Slogans werden bedacht als Suriname beating heart of the Amazone, Suriname an undiscovered secret en Suriname, Earth's greenest treasure. Een florerende toerismesector bleef echter uit. Minister Ferdinand Welzijn zou het zo graag anders zien. Tijdens de opening van de Toerismeconferentie zei hij het deze week vattend:

We zijn kampioen in het opstellen van plannen, maar uitvoeren? Zero.

— Minister Ferdinand Welzijn

Vooral in de jaren 2000 tot en met 2005 was er veel ambitie om er iets van te maken. Er werd toen sectorbreed geïnvesteerd met financiële hulp vanuit de Europese Unie. Het geld werd besteed aan een masterplan, de ontwikkeling van promotiemateriaal, het volgen van trainingen en de presentatie op beurzen in de buitenland. Daarnaast werd er veel energie gestoken in het lidmaatschap van de Caribbean Tourism Organization (CTO).

Het was toen nog wachten op een toerismewet, maar deze is er nooit gekomen. De Stichting Toerisme Suriname (STS) bleek vooral een tandeloze tijger, omdat het budget op was nadat de personeelskosten waren betaald. Verder is het lidmaatschap van de CTO er ook niet meer omdat dit vanwege uitblijvende contributiebetalingen werd beëindigd.

Het uitblijven van succes wordt wel geweten aan de aanwezigheid van de vele natuurlijke hulpbronnen. Suriname zou "verwend" zijn omdat er geen noodzaak is om de toerismesector te ontwikkelen. Zo is er wel een speciaal ministerie voor Natuurlijke Hulpbronnen, maar toerisme moet het doen met een vertegenwoordiging op het ministerie van Handel en Industrie. Anders is dit bijvoorbeeld op Aruba en Curaçao, waar de sector speciale aandacht krijgt van een Tourism Board.

Ferdinand Welzijn heeft de ministeriële leiding en heeft het druk. Al vele maanden zwaait hij ernaast ook nog de scepter over het ministerie voor Justitie en Politie. Uit zijn speech klinkt dan ook veel besef over het feit dat het anders moet. Of hij daar zijn tijd voor vrij kan maken, moet nog maar blijken. Afgaand op de afgelopen twintig jaar is de verwachting niet dat er nu wel wordt uitgeblonken in effectiviteit.